De Historische Kring Hoogland (HKH) en de Vereniging Dorpsbelangen slaan de handen ineen. De komende tijd publiceren we iedere maand een artikel over de oorlogstijd in ons dorp. Dat doen we in het kader van de nationale herdenking van 80 jaar vrijheid.
Dit keer de tragische geschiedenis van Louis Blazer, een Joodse inwoner van Hoogland die in 1941 moest vluchten voor zijn leven. Hieronder staat een korte samenvatting van dat verhaal. De uitgebreide versie staat op de website van de HKH.
10 jaar op Hoogland
Louis Blazer woonde van 1930 tot 1941 in de wijk De Ham in Hoogland. Hij verdween onopgemerkt toen de gemeente Hoogland van de Duitse bezetter opdracht kreeg om namen van Joodse inwoners door te geven. Blazer werd uiteindelijk in 1943 gearresteerd in Den Haag en via Kamp Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Daar is hij -meteen na aankomst- vermoord. De herinnering aan Louis Blazer wordt in Hoogland levend gehouden door een struikelsteen in de bocht van de Hamseweg, vlakbij café De Noot.
Tuinman in Hoogland
Blazer werd in 1906 geboren in Amsterdam. In de jaren ’20 van de vorige eeuw verhuisde hij eerst naar Rotterdam en daarna naar Hoogland. Hij woonde korte tijd aan de Hooglandseweg E 174 (net over het Valleikanaal bij Ringweg-Koppel) en ging aan de slag als tuindersknecht.
Op oudjaarsdag 1931 verhuisde Louis richting het centrum van het dorp. Blazer kreeg een baan bij Kwekerij ‘Kranenburg’. Deze kwekerij lag achter Hamseweg 48, het vroegere woonhuis van de familie Van Boetzelaer. De eigenaar van de tuinderij was Job baron Van Boetzelaer.
‘Lowietje’ had wat men nu noemt een geestelijke beperking en was een beetje labiel. Van Boetzelaer nam vaker personeel in dienst dat op de arbeidsmarkt niet goed kon meekomen.
Louis Blazer heeft jarenlang gewoond bij Cornelis van Selm en Jannetje de Bruin, aan de Hamseweg 33, waar de herdenkingssteen ligt. Na overlijden van Cornelis bleef Louis daar wonen. Jannetje beschouwde hem als een pleegzoon.
Deportatie naar Westerbork
Op 3 juni 1941 ontving de gemeente Hoogland een schrijven van de Commissaris der Koningin van Utrecht om ‘opgaaf van Joden’ te doen aan de Sicherheitspolizei op de Maliebaan in Utrecht.
Op 5 juni gaf de gemeente de gegevens prompt door. Het ging om drie personen, onder wie Louis Blazer. Al op 19 juni berichtte de gemeente aan de Sicherheitspolizei dat Louis Blazer vertrokken was naar Viandenstraat 19 in Loosduinen (Den Haag). Blazer bleek daar in een psychiatrische kliniek te zitten. Begin januari 1943 vond de vermoedelijk eerste deportatie in Nederland plaats van totaal bijna duizend Joodse patiënten uit Den Haag en omgeving. In januari werden ook de Joodse psychiatrische patiënten uit ‘krankzinnigengesticht’ Oud Rozenburg bij Loosduinen weggevoerd.
Lees een uitgebreid artikel over Louis Blazer op de website van de Historische Kring Hoogland.
Bovenste foto: Kwekerij Kranenburg aan de Hamseweg, rond het begin van WOII. Louis Blazer staat links op deze afbeelding. Op de bok: Gijs van der Grift. Hendrik van der Coterlet bij het paard (Archief Eemland).
